Bij de bijen van Koningin Bijla wordt de bijendans gedanst teneinde honingwintervoorraad aan te leggen. Met de herfst in aantocht is dat nodig. Tussen alle bezigheden door klinkt er gezoememoes. Bijtje Honey is ontboden door de koningin, dát is ongebruikelijk!
BIJENDANS
BIJENDANS
Bij de bijen van Koningin Bijla wordt de bijendans gedanst teneinde de honingwintervoorraad aan te leggen. Met de herfst in aantocht is dat hard nodig. Tussen alle bezigheden door klinkt er een hoop gezoememoes. Bijtje Honey is ontboden door de koningin en dát is totaal ongebruikelijk!
BIJ DE ZENUWEN
Bijtje Honey wist niet wat ze hoorde. Zij? Koninginnendochter zoals elke andere zus op deze honingraat aangesteld als werkster, op audiëntie bij Hare Majesteit de Koningin? Dat had ze zomaar niet verwacht. Het was om die reden dat ze bij het schijnen van de allereerste zonnestralen haar vier vleugels spreidde en zich opmaakte voor een korte vlucht buiten de bijenkorf. Even de harige vacht door de wind laten schoon waaien. Ze wilde goed gestreept voor de dag komen, immers, zo’n uitnodiging was niet voor iedereen weggebijt.
Edoch, nu het moment daar is, zoemen de zenuwen in haar maag. Schuiffelend baant ze zich een weg tussen de hardwerkende bijenmenigte door richting de moer, die naar verluid wel twee keer zo groot is als zijzelf. Als ze nu maar niet weer de fout ingaat. Anderhalve dag geleden sprak ze een dar aan met Hare Majesteit, hij had haar darrenhard uitgelachen. Larfjesachtig vond Honey, zij wist niet beter dan dat alleen de koningin twee keer zo groot was als zijzelf; dat de heren bijen ook zo groot groeiden, dat had geen bijtje haar zussig ingezoemd.
Plotseling houdt Honey halt. Kijk… daar in het hoekje, dát moet de koningin zijn. Haar kop is veel diehoekiger dan die van de darren, en haar lijf is anders gevormd, veel slanker met puntige buik. Vrouwelijker om het zo te zoemen. Prachtig.
Bijtje Honey wist niet wat ze hoorde. Zij? Koninginnendochter zoals elke andere zus op deze honingraat aangesteld als werkster, op audiëntie bij Hare Majesteit de Koningin? Dat had ze zomaar niet verwacht. Het was om die reden dat ze bij het schijnen van de allereerste zonnestralen haar vier vleugels spreidde en zich opmaakte voor een korte vlucht buiten de bijenkorf. Even de harige vacht door de wind laten schoon waaien. Ze wilde goed gestreept voor de dag komen, immers, zo’n uitnodiging was niet voor iedereen weggebijt.
Edoch, nu het moment daar is, zoemen de zenuwen in haar maag. Schuiffelend baant ze zich een weg tussen de hardwerkende bijenmenigte door richting de moer, die naar verluid wel twee keer zo groot is als zijzelf. Als ze nu maar niet weer de fout ingaat. Anderhalve dag geleden sprak ze een dar aan met Hare Majesteit, hij had haar darrenhard uitgelachen. Larfjesachtig vond Honey, zij wist niet beter dan dat alleen de koningin twee keer zo groot was als zijzelf; dat de heren bijen ook zo groot groeiden, dat had geen bijtje haar zussig ingezoemd.
Plotseling houdt Honey halt. Kijk… daar in het hoekje, dát moet de koningin zijn. Haar kop is veel diehoekiger dan die van de darren, en haar lijf is anders gevormd, veel slanker met puntige buik. Vrouwelijker om het zo te zoemen. Prachtig.
VAN MOER TOT DOCHTER
VAN MOER TOT DOCHTER
Honey zakt door haar voorpootjes en maakt een diepe buiging. ‘Majesteit, uw werkster meldt zich.’
‘Recht je rug, mijn kind, zoals een trotse bij betaamt.’
‘O… maar ik ben trots hoor. Zeker nu ik hier voor u mag verschijnen.’
‘Het genoegen is geheel mijnerzijds. Per slot van rekening is dit een aangename onderbreking van mijn dag, deze bestaat normaliter enkel uit het leggen van eieren en uitrusten.’
Honey zwijgt als de koningin statig om haar heen schuifelt en haar van kop tot buik beziet.
‘Daar is zo ver nog niet mee gevlogen,’ zegt de koningin terwijl ze met haar voorpootje een van Honey’s vleugels opwipt. ‘Dat moet beter. Een werkbij moet op z’n minst vijftien vluchten per dag kunnen maken.’
‘Vijftien?’
‘Om te beginnen. Naarmate je sterker wordt, kun je meer en verder uitvliegen. Sommige bijen maken honderdvijftig vluchten, dan bezoeken ze wel duizend bloemen per dag.’
Zo veel? Bzz… dat had ze zomaar niet geweten. ‘Maar Majesteit, ik mag dan nog niet zo veel uitvliegen, ik kan wel al heel goed dansen.’ En zonder instemmen van de koningin af te wachten tikt Honey op haar pootjes in het rond. Van links naar rechts en van voren naar achteren. ‘Ik noem het de tapdans,’ roept ze, ‘niemand anders kan het.’
‘Zoveel heb ik vernomen,’ antwoordt Koningin Bijla. ‘Het is daarom bij, dat ik je bij me heb geroepen.’
‘Wat bijïg! Om mijn bijendans met koninginnenogen te aanschouwen?’ De trots glanst van haar voelsprieten als ze naar Koningin Bijla opkijkt. Echter, het stralen vergaat de jonge bij zodra ze de koele ogen van de moer ziet.
‘Werkbijen worden geboren om te werken, Honey.’
Honey zakt door haar voorpootjes en maakt een diepe buiging. ‘Majesteit, uw werkster meldt zich.’
‘Recht je rug, mijn kind, zoals een trotse bij betaamt.’
‘O… maar ik ben trots hoor. Zeker nu ik hier voor u mag verschijnen.’
‘Het genoegen is geheel mijnerzijds. Per slot van rekening is dit een aangename onderbreking van mijn dag, deze bestaat normaliter enkel uit het leggen van eieren en uitrusten.’
Honey zwijgt als de koningin statig om haar heen schuifelt en haar van kop tot buik beziet.
‘Daar is zo ver nog niet mee gevlogen,’ zegt de koningin terwijl ze met haar voorpootje een van Honey’s vleugels opwipt. ‘Dat moet beter. Een werkbij moet op z’n minst vijftien vluchten per dag kunnen maken.’
‘Vijftien?’
‘Om te beginnen. Naarmate je sterker wordt, kun je meer en verder uitvliegen. Sommige bijen maken honderdvijftig vluchten, dan bezoeken ze wel duizend bloemen per dag.’
Zo veel? Bzz… dat had ze zomaar niet geweten. ‘Maar Majesteit, ik mag dan nog niet zo veel uitvliegen, ik kan wel al heel goed dansen.’ En zonder instemmen van de koningin af te wachten tikt Honey op haar pootjes in het rond. Van links naar rechts en van voren naar achteren. ‘Ik noem het de tapdans,’ roept ze, ‘niemand anders kan het.’
‘Zoveel heb ik vernomen,’ antwoordt Koningin Bijla. ‘Het is daarom bij, dat ik je bij me heb geroepen.’
‘Wat bijïg! Om mijn bijendans met koninginnenogen te aanschouwen?’ De trots glanst van haar voelsprieten als ze naar Koningin Bijla opkijkt. Echter, het stralen vergaat de jonge bij zodra ze de koele ogen van de moer ziet.
‘Werkbijen worden geboren om te werken, Honey.’
RONDE BIJENDANS
‘Zie, de speurbijen, zo noemen we de vooruitvliegers, gaan in de vroege ochtend op verkenning. Zodra ze een voedselbron gevonden hebben, veelal bloeiende bloemen, wordt er stuifmeel los gekamd en in het stuifmeelkorfje gelegd. Daarmee vliegen ze terug naar de bijenkorf om aldaar over de locatie te communiceren met de anderen. Bij je dat?’
‘Ja Majesteit.’
‘Wanneer de voedselbron dichtbij huis te vinden is, binnen een straal van vijftig meter, dan voert de speurbij op de honingraat een Rondedans uit. Ze loopt over één cel van de raat één kleine cirkel. Het is de bedoeling dat de haalbijen hun koppie erbij houden en de speurbij op de vleugel volgen.’
‘O jaaa,’ roept Honey, ‘dat heb ik een keer gezien. Dan loopt een rijtje bijen allemaal dezelfde cirkel, totdat de speurbij zich ineens omdraait en datzelfde rondje in tegengestelde richting terugloopt. En dan hup, de hele bijenmeute weer in bijenpolonaise achter haar aan.’
‘Je maakt er een grapje van?’
‘Nee hoor, ik vind alleen dat alle bijen zo serieus kijken.’
‘Er wordt serieus werk verzet. Als je goed hebt opgelet, dan weet je dat de haalbijen nog één keer van het voedsel mogen proeven nadat de rondes een aantal keren zijn gelopen.’
Honey knikt. ‘En na het proeven wordt het rondje nog een laatste keer gedanst.’
‘Bijengoed opgemerkt. Zo weten de haalbijen dat er voedsel te vinden is binnen een straal van vijftig meter van de bijenkorf. Omdat de voedselbron zo dichtbij is, wordt er niet over de exacte locatie gecommuniceerd. De haalbijen vliegen op de geur af.’
‘Hmm. Ik denk dat ik dat wel kan.’
‘Dat lijkt me ook.’
‘Zie, de speurbijen, zo noemen we de vooruitvliegers, gaan in de vroege ochtend op verkenning. Zodra ze een voedselbron gevonden hebben, veelal bloeiende bloemen, wordt er stuifmeel los gekamd en in het stuifmeelkorfje gelegd. Daarmee vliegen ze terug naar de bijenkorf om aldaar over de locatie te communiceren met de anderen. Bij je dat?’
‘Ja Majesteit.’
‘Wanneer de voedselbron dichtbij huis te vinden is, binnen een straal van vijftig meter, dan voert de speurbij op de honingraat een Rondedans uit. Ze loopt over één cel van de raat één kleine cirkel. Het is de bedoeling dat de haalbijen hun koppie erbij houden en de speurbij op de vleugel volgen.’
‘O jaaa,’ roept Honey, ‘dat heb ik een keer gezien. Dan loopt een rijtje bijen allemaal dezelfde cirkel, totdat de speurbij zich ineens omdraait en datzelfde rondje in tegengestelde richting terugloopt. En dan hup, de hele bijenmeute weer in bijenpolonaise achter haar aan.’
‘Je maakt er een grapje van?’
‘Nee hoor, ik vind alleen dat alle bijen zo serieus kijken.’
‘Er wordt serieus werk verzet. Als je goed hebt opgelet, dan weet je dat de haalbijen nog één keer van het voedsel mogen proeven nadat de rondes een aantal keren zijn gelopen.’
Honey knikt. ‘En na het proeven wordt het rondje nog een laatste keer gedanst.’
‘Bijengoed opgemerkt. Zo weten de haalbijen dat er voedsel te vinden is binnen een straal van vijftig meter van de bijenkorf. Omdat de voedselbron zo dichtbij is, wordt er niet over de exacte locatie gecommuniceerd. De haalbijen vliegen op de geur af.’
‘Hmm. Ik denk dat ik dat wel kan.’
‘Dat lijkt me ook.’
BIJ DE KWISPELDANS
BIJ DE KWISPELDANS
‘Stel dat de speurbij bloeiende bloemen van een appelboom heeft ontdekt, dan keert zij met stuifmeel terug naar de bijenkorf om met haar achterlijfje te kwispelen. De bijenkunst zit hem in het volgende: De hoek van de kwispeldans op de honinggraat is gelijk aan de richting van de voedselbron ten opzichte van de zon.’
‘Hmm… de zon.’
‘De afstand wordt medegedeeld door de lengte van de dans. Hoe langer de speurbij kwispelt, hoe verder de voedselbron verwijderd van de bijenkorf. Dat is wonderlijk, niet?’
Honey knikt.
‘De haalbijen volgen de speurbij weer op de vleugel en dansen de kwispeldans,’ zegt Koningin Bijla.
‘Ha ha…’ Honey tapt met haar pootjes en zingt:’Let’s twist again, twisting time is here…’
‘Honey! Dat zijn mensenmanieren.’
‘Excuus Majesteit.’
‘Bij je wel bij de les, Honeylief?’
‘Ja. Serieus bijen…’
Koningin Bijla schudt haar hoofd en zet dan haar relaas over de bijendans voort. ‘Aan het einde van de halve cirkel keert de speurbij in een rechte lijn terug naar het beginpunt, daarbij kwispelt ze met haar achterlijf. Dan herhaalt ze de halve cirkel én het rechte kwispelstuk, maar… let op, ze danst de cirkel in spiegelbeeld. Ze maakt als het ware een acht.
Door de speurbij nauwgezet te volgen, kunnen de bijen de exacte locatie afmeten aan het danstempo én aan de richting die in rechte lijn naar de voedselbron wijst. Daarbij wordt de stand van de zon ingezet als gids. Bij je dat allemaal, Honey?’
‘Een beetje geloof ik. Maar ik vind toch dat…’
‘Bzz! Naarmate je de rondedans vaker meedanst, wordt de kwispeldans vanzelf duidelijk.’
‘Dat hoop ik dan maar, Majesteit.’
‘Geen bijenzorgen, ik ben ervan overtuigd. Ben je blij bij?’
Honey kijkt naar de grond en fluistert: ‘Ja. Maar het is toch een beetje jammer. Want van tapdansen word ik een nog blijere bij. En nu kan ik die alleen nog maar in de nacht dansen, als er geen bij naar me omkijkt.’
‘Om de bijenangel niet,’ antwoordt Koningin Bijla streng. ‘Bijen moeten goed slapen, want weet mijn kind, een uitgeslapen bij is een slimmere bij dan een bij met slaaptekort. Dat is wetenschappelijk bewezen. Je wilt toch ook een slimme bij worden?’
‘Jazeker!’ zoemt Honey. ‘Ik wil heel graag dat in mijn bovenkamertje alles bijïg op een rijtje ligt.’
‘Dat bedoel ik,’ antwoordt de Koningin. ‘Ga nu maar, mijn kind. Ga en wordt een bezige bij.’
Andermaal buigt de jonge bij voor Hare Majesteit de Koningin.
‘Stel dat de speurbij bloeiende bloemen van een appelboom heeft ontdekt, dan keert zij met stuifmeel terug naar de bijenkorf om met haar achterlijfje te kwispelen. De bijenkunst zit hem in het volgende: De hoek van de kwispeldans op de honinggraat is gelijk aan de richting van de voedselbron ten opzichte van de zon.’
‘Hmm… de zon.’
‘De afstand wordt medegedeeld door de lengte van de dans. Hoe langer de speurbij kwispelt, hoe verder de voedselbron verwijderd van de bijenkorf. Dat is wonderlijk, niet?’
Honey knikt.
‘De haalbijen volgen de speurbij weer op de vleugel en dansen de kwispeldans,’ zegt Koningin Bijla.
‘Ha ha…’ Honey tapt met haar pootjes en zingt:’Let’s twist again, twisting time is here…’
‘Honey! Dat zijn mensenmanieren.’
‘Excuus Majesteit.’
‘Bij je wel bij de les, Honeylief?’
‘Ja. Serieus bijen…’
Koningin Bijla schudt haar hoofd en zet dan haar relaas over de bijendans voort. ‘Aan het einde van de halve cirkel keert de speurbij in een rechte lijn terug naar het beginpunt, daarbij kwispelt ze met haar achterlijf. Dan herhaalt ze de halve cirkel én het rechte kwispelstuk, maar… let op, ze danst de cirkel in spiegelbeeld. Ze maakt als het ware een acht.
Door de speurbij nauwgezet te volgen, kunnen de bijen de exacte locatie afmeten aan het danstempo én aan de richting die in rechte lijn naar de voedselbron wijst. Daarbij wordt de stand van de zon ingezet als gids. Bij je dat allemaal, Honey?’
‘Een beetje geloof ik. Maar ik vind toch dat…’
‘Bzz! Naarmate je de rondedans vaker meedanst, wordt de kwispeldans vanzelf duidelijk.’
‘Dat hoop ik dan maar, Majesteit.’
‘Geen bijenzorgen, ik ben ervan overtuigd. Ben je blij bij?’
Honey kijkt naar de grond en fluistert: ‘Ja. Maar het is toch een beetje jammer. Want van tapdansen word ik een nog blijere bij. En nu kan ik die alleen nog maar in de nacht dansen, als er geen bij naar me omkijkt.’
‘Om de bijenangel niet,’ antwoordt Koningin Bijla streng. ‘Bijen moeten goed slapen, want weet mijn kind, een uitgeslapen bij is een slimmere bij dan een bij met slaaptekort. Dat is wetenschappelijk bewezen. Je wilt toch ook een slimme bij worden?’
‘Jazeker!’ zoemt Honey. ‘Ik wil heel graag dat in mijn bovenkamertje alles bijïg op een rijtje ligt.’
‘Dat bedoel ik,’ antwoordt de Koningin. ‘Ga nu maar, mijn kind. Ga en wordt een bezige bij.’
Andermaal buigt de jonge bij voor Hare Majesteit de Koningin.
Zou de mens voor de aarde doen wat bijen voor de mens doen, zou de aarde bloeien van gezondheid
Zou de mens voor de aarde doen wat bijen voor de mens doen, zou de aarde bloeien van gezondheid
BIJ DE BIJEN
Eindelijk heeft Honey meer over de bijendans geleerd, ze begrijpt nu het belang ervan. Onmiddellijk begeeft ze zich temidden van al haar zussen, die haar na het koninginnenbezoek niet meer buitensluiten. Lachend wacht ze totdat ze als laatste in een polonaise kan aansluiten om haar eerste rondedans te maken. Amper de eerste passen gezet, stijgen de danstonen naar haar kopje. Honey is blij, blij, blij. Ze mag dansen en hoort erbij, bij, bij. Even later gaan ook de danspootjes van de raat. Tap, tap, tap. Schichtig kijkt ze om zich heen. Bijïg, geen bij die nog naar haar bijt. Iedereen is te druk met zoooo serieus zijn. Tapperdetapsgewijs volgt ze de bijenmeute. Ze kan niet anders, het ritme wordt door haar bijenhart ingegeven. Want zie, ze mag dan voor het werken geboren zijn, het staat haar nog altijd vrij om er plezier aan te beleven, per slot van rekening bijt ze dit leven maar een keer. Vanaf vandaag zal Honey met haar eigen bijendans werken. Want precies dat is wat haar anders maakt dan de rest, precies daarom is ze bijzonder. En zie, dat had ze zomaar van meet af aan wél geweten.
Eindelijk heeft Honey meer over de bijendans geleerd, ze begrijpt nu het belang ervan. Onmiddellijk begeeft ze zich temidden van al haar zussen, die haar na het koninginnenbezoek niet meer buitensluiten. Lachend wacht ze totdat ze als laatste in een polonaise kan aansluiten om haar eerste rondedans te maken. Amper de eerste passen gezet, stijgen de danstonen naar haar kopje. Honey is blij, blij, blij. Ze mag dansen en hoort erbij, bij, bij. Even later gaan ook de danspootjes van de raat. Tap, tap, tap. Schichtig kijkt ze om zich heen. Bijïg, geen bij die nog naar haar bijt. Iedereen is te druk met zoooo serieus zijn. Tapperdetapsgewijs volgt ze de bijenmeute. Ze kan niet anders, het ritme wordt door haar bijenhart ingegeven. Want zie, ze mag dan voor het werken geboren zijn, het staat haar nog altijd vrij om er plezier aan te beleven, per slot van rekening bijt ze dit leven maar een keer. Vanaf vandaag zal Honey met haar eigen bijendans werken. Want precies dat is wat haar anders maakt dan de rest, precies daarom is ze bijzonder. En zie, dat had ze zomaar van meet af aan wél geweten.
Dyamos
GERELATEERD
GERELATEERD
GERELATEERD
BIJENDANS
Bij de bijen van Koningin Bijla wordt de bijendans gedanst teneinde honingwintervoorraad aan te leggen. Met de herfst in aantocht is dat nodig. Tussen alle bezigheden door klinkt er gezoememoes. Bijtje Honey is ontboden door de koningin, dát is [Lees meer]
BIJ DE BIJEN AF
Bij Bijla is de bijennaam, aangenaam kennismaken. Ik ben een koningin der honingbijen. BIJ DE BIJEN AF BIJ DE BIJEN AF Bij Bijla is de bijennaam, aangenaam kennismaken. Ik ben een koningin der honingbijen. Een wonderlijk wezen mag [Lees meer]
EIEREN VIEREN PASEN
Wanneer de gekleurde, de witte en de bruie eieren elkaar treffen voor een groots Paasbal, moet er wel een eiïge situatie ontstaan. Discussies en wantrouwen alom, als men daar maar heelschalig vanaf komt. Een Paasvehaal door Dyamos gefabuleerd. [Lees meer]