Avond na avond namen twee vrouwelijke zielen hun aardse gestalte aan. Alhier, op de Algemene Begraafplaats in Maastricht.
CHERIZE
Voorbij zusterliefde – deel 1
CHERIZE
Avond na avond zag ik twee vrouwelijke zielen hun aardse gestalte aannemen. Alhier, op de Algemene Begraafplaats in Maastricht, waar ik in geestelijke verschijning, inmiddels ruim een eeuw geleden, neerstreek om hen die onder de zoden slapen zielenrust te brengen. Opvallende verschijningen waren het, met engelenhaar dat glansde in het maanlicht.

DANSENDE ZUSSEN
Flanerend over de paden van de begraafplaats dansten hun pijpenlokken op de schouders. Ze lachten om hun jurken met voiles, waarvan de rokken bij het ronddraaien klokten als bloeiende rozen. De een droeg een kersrode jurk, de ander een citroengele. Daarom noemde ik ze Cherize en Citronella. Ongetwijfeld zussen, dacht ik, ze hadden niet alleen hetzelfde haar, ook hun ogen oogden eender; net hazelnoten. Edoch, van een gemoedelijke sfeer was geen sprake. De zussen verschenen namelijk om beurten, als waren ze overeengekomen elkander nooit in geesteslijve te ontmoeten.
Nachten achtereen aanschouwde ik het tafereel van verschijnen en ontlopen. Ik wilde er het mijne van weten, maar me mengen in wat leek op een onoverkomelijk geschil voelde ongepast. Wellicht zou mettertijd het zelfinzicht groeien, beter wachtte ik de nacht af waarin een van de zusjes het initiatief tot uitpraten nam. Maar ja, de situatie duurde voort, na twee weken niet het geringste uitzicht op verzoening. Ik kon het ongemak toch niet in de lucht laten hangen? Wellicht kan ik de zussen van dienst zijn, dacht ik, ik ga actie ondernemen. Anders en oprecht gesteld, mijn intentie om het initiatief aan het Universum te laten, werd ingehaald door mijn ongeduld.
ZIELENONRUST
ZIELENONRUST
Op zekere avond liep ik Citronella tegemoet. Zij verscheen altijd als eerste, ook dat leek afgesproken. Toen ze me in het vizier kreeg, groeiden haar ogen. ‘Ik wil het niet,’ riep ze en koos onherroepelijk het hazenpad.
Ik liet haar lopen, wellicht was Cherize spraakzamer. Ik draaide me om en wandelde naar de rustplaats van de dame in rode jurk. Daar ging ik in kleermakerszit op de grond zitten. Na een tijdje wierp de maan een lichtstraal over de gedenksteen die zo fel was dat ik een paar tellen lang niks zag. Even later stond Cherize voor me.
‘Op wie wacht je?’ vroeg ze.
Ik kwam overend, klopte het stof van mijn mantel en nam mijn hoed voor haar af. ‘Op jou Cherize, ik wacht op jou.’
‘Apart. Kennen wij elkaar?’
‘Neem me niet kwalijk, Dyamos is mijn naam.’
‘Nou, Dyamos, wat verschaft mij de eer?’
‘Nieuwsgierigheid eerlijk toegegeven. Ik zie je avond na avond in dansende tred over deze begraafplaats bewegen. Maar je bent de enige niet, er danst hier nog iemand in het maanlicht. Jullie bezoeken elkaars graf, alleen, jij verschijnt pas als Citronella uit beeld verdwenen is. Ik zie jullie nooit samen. Jullie zijn toch zussen?
Ze grapte over de namen die ik hen toebedeeld had. Meteen daarna gleed de ernst weer over haar gezicht. ‘Onze kwestie is de jouwe niet. Beter blijf je op afstand.’
‘Ik heb de indruk dat jullie een onenigheid mee naar het hiernamaals hebben gesjouwd, die, wanneer jullie elkander blijven ontlopen, voor eeuwig onuitgesproken blijft. Van een samendans zal het dan niet komen.’
‘Dat lijkt me de juiste conclusie, Dyamos. Zoals gezegd, het zijn jouw zaken niet. Waarom bemoei jij je met ons?’
‘Sedert lange tijd bekommer ik mij om zielen die hier hun rustplaats hebben. Voor hen die hun zielenrust nog niet gevonden hebben, mag ik graag iets betekenen.’
‘Dus jij denkt dat wij onze zielenrust niet hebben gevonden?’
‘Zo is het. Jullie maken immers geen gebruik van de ontmoetingsgelegenheden die dit Hiernamaals biedt.’
Ze haalde haar schouders op. ‘Juist omdat ik haar mijn zusterliefde wil tonen. Een boodschap van genegenheid, maar dan vanaf een afstandje. Dat kan toch? Misschien kan ze het voelen.’ Ze blikte naar de grond. ‘Waarom Citronella mijn graf bezoekt weet ik niet. Dat moet je aan haar vragen.’
RODDELZUS
‘Was je van plan om nu naar Citronella te lopen?’ vroeg ik.
‘Je vraagt naar de bekende weg.’
‘Mag ik je vergezellen?’
Haar blik gleed langs mijn gestalte, van boven naar beneden en weer terug. Daarop glimlachte ze kort. ‘Graag, Dyamos.’
De nacht was vredig en warm maar niet heel stil, de krekels tsjirpten zelfs lawaaierig. Nu en dan zoefde een nachtuil door de lucht. Verder klonk het knisperen van onze voetstappen in de steentjes. Na een poosje wandelen vertelde ik Cherize dat ik haar zus had gezien en dat ik op haar had willen afstappen, maar dat Citronella meteen had aangegeven met mij niet in gesprek te willen gaan.
‘Typisch,’ antwoordde Cherize.
‘Waarom?’
‘Citronella is zo’n zwijgster weet je wel, duidelijk laten merken dat er iets aan de hand is maar er helemaal niks over zeggen. Ook niet als je ernaar vraagt. Keek ze boos, Dyamos? Ach, laat maar zitten, Citronella kijkt altijd boos.’ Onder het vertellen fronste ze haar wenkbrauwen, haar lippen verstrakten, de mondhoeken zo ver mogelijk naar beneden getrokken. ‘Kijk, met die blik houdt ze iedereen op afstand.’
‘Ze kwam op mij niet boos over, eerder bevreesd. Heel begrijpelijk, ze kent me niet.’
‘Je zag ons toch elke nacht wandeldansen? Nou, dan neem maar van mij aan dat zij jouw aanwezigheid heeft opgemerkt, nog voordat jij je kon afvragen of wij zussen waren. Ze heeft ongetwijfeld uitgevist wie toch de mansfiguur is die haar in de gaten houdt. Op basis van de ingewonnen informatie zal ze geconcludeerd hebben dat het je niet om haar te doen is.’
Haar blik was afwachtend, alsof ze mijn reactie van het gezicht wilde lezen. Ik greep terug naar de kern van ons gesprek. ‘Is ze is boos op jou? Heb je iets gedaan waar ze niet overheen komt?’
Cherize haalde haar schouders op. Ze kon me niet vertellen wat ze niet begreep. Zij en haar twee jaar oudere zus waren als kinderen altijd samen geweest, maar als jongvolwassene had Citronella zich ineens tegen haar gekeerd. Iets was haar in het verkeerde keelgat geschoten, maar wat? Cherize had geen idee. ‘Het moet iets onbenulligs geweest zijn,’ zei ze, ‘anders had ik het wel geweten.’
DE BOOSHEID BEGRAVEN
BOOSHEID BEGRAVEN
Bij de gedenksteen van haar zus aangekomen, vroeg ik of ze klaar was voor een ontmoeting. Zo ja, kon ik haar zus aanroepen.
‘Doe maar niet,’ antwoordde ze. ‘Citronella kennende laat ze toch niet van zich horen. En ik ben nog niet klaar voor de volgende stap merk ik, door dit gesprek wordt oud zeer opgegraven. Bovendien, ik ben hier liever met jou dan met haar.’
‘Excuseer, Cherize, het is niet mijn bedoeling om je te belasten met ongemak.’
‘Geeft niet, van jou kan ik het wel hebben.’
‘Van je zus niet?’
‘Sommige dingen in het leven gebeuren nou eenmaal, ik heb het geaccepteerd en losgelaten. Samen oude koeien uit de sloot halen zal de ruzie ongetwijfeld opnieuw doen oplaaien. Voor mij hoeft dat niet. Dat begrijp je toch wel?’
Ik knikte. ‘Het zou ook niet eerlijk zijn ten opzichte van Citronella. Ik moet het gesprek eerst met haar aangaan alvorens jullie samen te brengen.’
Ze kwam een stap nader en pakte me bij de arm. ‘Waarom zou je dat doen? Er ligt hier zo veel boosheid begraven. Dat heb je zelf aangevoeld, waarom anders heb je haar Citronella genoemd. Die naam is zo goed gekozen, mijn zus is namelijk erg zurig van aard.’ Even tilde ze haar wenkbrauwen op. ‘Dat geldt overigens niet voor kersen, Dyamos, kersen smaken overheerlijk zoet.’
Dyamos
GERELATEERD
GERELATEERD
GERELATEERD
DE MAZZELAAR
Nu en dan overvalt Dyamos een aardse ziel, zoals de Mazzelaar; met vrolijkheid en luchtigheid [Lees meer]
VOORBIJ ZUSTERLIEFDE – Deel 3
De waarschuwingsroep van de oehoe echode over de begraafplaats. Viermaal achtereen. Onmiddellijk staakten de krekels [Lees meer]
CITRONELLA – Deel 2
Voor de vierde opeenvolgende nacht stond ik in de duisternis aan het graf van Citronella. [Lees meer]
CHERIZE – Deel 1
Avond na avond namen twee vrouwelijke zielen hun aardse gestalte aan. Alhier, op de Algemene [Lees meer]
PIPO
Pipo droeg een rode trui met gele dwarsstreepjes. De lijntjes kleurden speels. PIPO PIPO [Lees meer]
GISTEREN, VANDAAG OF MORGEN
Wanneer Weleer en Verschiet in discussie gaan met Thans, ontstaat er een discussie omtrent het [Lees meer]