Voor de vierde opeenvolgende nacht stond ik in de duisternis aan het graf van Citronella.

CITRONELLA

Voorbij zusterliefde – deel 2

CITRONELLA

De maan verschool zich achter de wolken, als ontbrak het de nachtwaker aan beweegredenen om zijn licht over de begraafplaats te laten schijnen, een fenomeen waarvoor ik mij enigszins verantwoordelijk voelde. Voor de vierde opeenvolgende nacht stond ik in de duisternis aan het graf van Citronella. Sedert mijn poging om in gesprek te gaan teneinde de twee zussen bijeen te brengen, was de lieflijkheid in citroengele jurk niet meer ten dans verschenen. In mijn streven naar harmonie was ik aan haar geluk voorbijgegaan; mijn ongeduld had het dansvuur in haar hart gedoofd. Dat had ik recht te zetten.

Citronella | Verhalenblog | NvdW

SPIJT BETUIGEN

Diverse malen klopte ik bij haar gedenksteen aan. Ik wist dat ze mij kon horen. Daarom betuigde ik berouw en vertelde dat mijn handelen voortkwam uit het feit dat ik in disharmonie was grootgebracht; dat kijvende stemmen uit mijn jonge jaren mijn realiteitszin overschreeuwden, zodra ik ongerief meende te bespeuren. De stemmen hielden mij verantwoordelijk voor het voltijds bewaren van de algehele harmonie. Het was dwaas om die diepgewortelde overtuiging voor waarheid aan te nemen, dat wist ik maar al te goed, en toch deed ik dat. Ik meende altijd de woelige sfeer in vredesbanen te moeten leiden. Met excuses hoopte ik dat ze zich aan mij zou laten zien, zodat ik kon herstellen wat ik had stukgemaakt. Helaas, van Citronella geen gehoor. Paste het negeren van mijn pogen tot vredesluiten bij de woorden van Cherize? Was Citronella inderdaad het type van zwijgen tot in het graf en tot in het naleven? Of was ze zo van mij geschrokken dat ze ervan moest bekomen? lk stond op en zielsfluisterde haar toe dat ik in de vroege ochtend terug zou keren met een verrassing.

Bij het neerdalen van de eerste zonnestralen wandelde ik naar Citronella’s graf om aldaar twee zanglijsters te ontmoeten. Ik had hen op de hoogte gesteld van mijn misslag en gevraagd mij te helpen. Wellicht konden ze een klassiek fluitconcert voor Citronella fluiten, zo mooi dat ze haar dansvoeten niet kon bedwingen. Eenstemmig hadden ze ingestemd. Toen ik arriveerde, zag ik dat ze met z’n zessen waren aangevlogen. Ze waren druk in gesprek. Waarover ze piepten kon ik niet helemaal verstaan, maar ik begreep dat het groepje nog niet compleet was. Werkelijk fabuleus, er waren dus nog meer vogels in aantocht. Met die gedachte klonk gefladder in de lucht. Ik keek op en zag mussen en koolmezen, op de staart gezeten door merels, roodborstjes en kwikstaartjes. O… en een spreeuw? Mijn verzoek had zich blijkbaar breed rondgesnaveld.

CITRONELLA DANST

CITRONELLA DANST

De zanglijsters gingen op Citronella’s witte gedenksteen zitten. Een van hen tikte met snavel drie maal af. Daarop begon iedereen tegelijkertijd in het wilde weg te tjilpen. De kelen werden gestemd, piepend geknars sneed in mijn trommelvliezen. Al snel roerde de leidster van de zanglijsters zich, ze ging boven de groep vliegen en bekte de koorleden toe. En warempel, na een tijdje klonk er een harmonisch fluitconcert. Herkende ik hier een stuk van… Jazeker, deze muziek was uit de opera van Bizet, Carmen. Door iedereen perfect gefloten. Behalve dan door die ene gespikkelde vogel, vol overgave spreeuwde hij uit de maat. Ik zocht de kogeloogjes van de lijsterdirigente. Maar steeds als ik haar blik ving, kopte ze het kopje de andere kant op. Daarop wierp ik de zwarte vogel zelf een waarschuwingsblik toe, die hij op zijn beurt valser dan vals interpreteerde, nog luider dan daarvoor schreeuwde hij naast de toonladders. Ik sloeg de handen voor mijn gezicht. Deze vogel floot aan het doel van dit concert voorbij, iemand moest hem het zwijgen aanzeggen. Even later werd de wanklank aangenaam verzacht door een citroengeurtje dat door de lucht vleugde. Ik keek op en zag Citronella. Ze liep naar de spreeuw en legde twee vingers op zijn kopje. De vogel sloot zijn oogjes en onderwierp zich aan haar streling. Voor even zweeg hij. Daarop stapte Citronella achteruit en pakte haar rok vast, ze wiegde de voiles in de maat van de muziek, maar haar voeten dansten niet. Vanuit haar ooghoeken keek ze naar mij. Ik knikte en stond op, het was niet mijn plaats om haar te aanschouwen. In rustig tempo wandelde ik naar de Gotische kapel, waar ik niet kon zien wat zich afspeelde, maar waar ik wel kon horen. Ik luisterde naar het vogelconcert… en naar het schreeuwen van de spreeuw. Een lastig moment om de natuur haar gang te laten gaan.

TOCH IN GESPREK

Ik werd wakker toen de zon het hoogste punt bereikt had. Voor me zat Citronella. De huid van haar gezicht deed perzikzacht aan en haar ogen… ik moest even gaan verzitten. Haar ogen, ik zag er de sterren in schitteren.

‘Wat zit je te kijken?’

‘Neem me niet kwalijk, ik was even in gedachten.’

‘Welke gedachten?’

‘Onnozele gedachten.’ Ik stond op en schudde haar de hand. ‘Ik ben Dyamos.’

‘Ik weet wie je bent. Dat nieuws komt je ter ore zodra je voor het eerst je verschijning laat zien, wat dat betreft is het hier net als in een dorp, de roddels vliegen over en weer.’ Ze schaterde om haar eigen woorden

‘Heb je al gehoord van hij die zegt over de zielen te waken? Hij spuit alsmaar zijn mening over leven dat niet meer terug te draaien is.’

‘Dat klinkt niet heel positief.’
Haar vingers gleden door de gouden haren. ‘Nee, niet echt.’

‘Toch ben je naar mij gekomen?’

‘Om je te bedanken. Had je de vogels niet gevraagd om voor mij op te treden, dan had ik misschien nooit meer gedanst.’

‘Het minste wat ik voor je kon betekenen, immers, voordat we elkaar konden spreken, had ik je met mijn bemoeienissen al van de danspaden verjaagd.’

Ze stond op en kwam een stap nader. Ze keek me zo doordringend aan dat ik even op mijn benen wankelde. ‘Is het waar, Dyamos, dat je mijn zus en mij bijeen wilt brengen?’

Ik knikte en zette snel een pas achteruit. ‘Dat was inderdaad mijn intentie, maar het is geen goed plan zo blijkt. Je durft niet meer vrijelijk in het Hiernamaals te bewegen.’

‘Maar je hebt met Cherize over mij gepraat. Toch?’

‘Ja.’

‘Dan weet je ook of ze echt met mij in gesprek wil? Wat heeft ze gezegd?’
Het was niet aan mij om Cherize’s woorden met Citronella te delen, maar ik voelde me als werd ik betoverd. Voordat ik mezelf tot de orde kon roepen, rolde het verhaal van Cherize over mijn lippen. Ik vertelde dat ze ervan uitging dat Citronella nog steeds boos was, maar dat ze geen idee had waar die boosheid vandaan kwam; dat ze een aantal malen bij leven geprobeerd had om de ruzie bij te leggen maar dat Citronella nooit meer een woord met haar had willen wisselen. ‘Volgens mij vreest ze dat je haar niet vergeven hebt. Toen we jouw graf bezochten, vroeg ze mij de boosheid niet op te graven.’ Citronella luisterde zonder een spier te vertrekken. Na mijn ontboezeming, bleef het stil totdat de avond viel.

‘Cherize maakte overal een wedstrijd van,’ klonk het ineens. ‘Ze wilde altijd in alles de beste zijn.’
Ik stond op, schonk twee glaasjes rode wijn in en overhandigde haar een glas.

‘Dankjewel.’
Ik vond het leuk om haar van de wijn te zien nippen. Nee, dacht ik, Citronella is niet zuur, Citronella is fris. En daarom past haar die naam.

‘Ik ging erin mee,’ gaf ze toe. ‘Mijn wedijveren kwam voort uit boosheid, denk ik. Dat liet ik nooit blijken, maar inwendig ergerde ik me mateloos. Ze moest en zou me verslaan. Ik accepteerde dat competitieve gedrag, totdat…’

‘Totdat?’

Ze nam even een paar tellen voor zichzelf en dronk haar glas leeg voordat ze verder sprak. ‘Totdat, Dyamos, ze met de liefde van mijn leven trouwde.’

CITRONELLA BEDROGEN

CITRONELLA BEDROGEN

Zes jaar was ze samen geweest met haar vriend. Nadat hij haar ten huwelijk had gevraagd opende Cherize de jacht. Overal waar zij en haar vriend waren, dook haar zus ook op. Die twee kregen het zo gezellig met elkaar dat Citronella zich soms buitengesloten voelde. Op een dag zag ze Cherize met haar toekomstige echtgenoot lopen in het Maastrichter stadspark, ze liefstreelde hem.
Twee zussen, twee verschillende verhalen. Ik had de neiging om de laatste versie te geloven, doch op mijn eigen oordeel vertrouwen kon ik niet. Want zie, mijn mening was gedurende deze dag nogal gelig gekleurd, zou ik niet bij de les blijven dan zou deze dame mij zomaar in vervoering kunnen brengen.

‘Vannacht,’ zei Citronella ineens. ‘Vannacht wil ik dat je me naar Cherize brengt.’

‘Weet je het zeker?’ vroeg ik.

‘Heel zeker,’ antwoordde ze, ‘Ik wil niet langer boos zijn.’

En zo geschiedde, tot groot genoegen van de nachtwaker. Toen we naar Cherize’s rustplaats liepen knipte hij het maanlicht aan. Dat gaf me moed. Want naarmate we korter bij Cherize kwamen, namen mijn twijfels toe. Ik kende namelijk niet het hele verhaal. Zeker, het stelen van een liefde was voldoende aanleiding voor een breuk, maar ik voelde dat er een diepere oorzaak aan de wrijving ten grondslag lag. Bovendien, zo realiseerde ik me, had ik Cherize moeten inlichten alvorens haar zo onverhoeds met haar zus te confronteren.
Aangekomen op bestemming legde ik mijn hand op Citronella’s schouder. ‘Ben je er klaar voor?’

‘Ik ben er klaar voor,’ antwoordde ze. Haar stem klonk zelfverzekerd.

Even later was er die oogverblindende lichtstraal die mij opnieuw een aantal tellen het zicht ontnam. Eenmaal bijgetrokken zag ik ze staan, recht tegenover elkaar. Verschrikt keek ik van het ene gezicht in het andere. In de ogen van Citronella zag ik niet langer de sterren schitteren. Cherize’s voorhoofd was gefronst en de lippen waren strakgetrokken, haar ogen oogden groener dan het groenste gras. Harmonie brengen in deze nacht? Het bleek een heel slecht idee.

Dyamos

GERELATEERD

GERELATEERD

GERELATEERD

  • PIPO | Niet van deze Wereld

PIPO

februari 22nd, 2020|

Pipo droeg een rode trui met gele dwarsstreepjes. De lijntjes kleurden speels. PIPO PIPO [Lees meer]