Een lachende schildpad? Dat kon ook helemaal niet. Schildpadden waren omringd met een aura van treurnis, ze sjouwden ballast mee; ze sleepten zich voort alsof ze de ellende van heel de wereld droegen. Dus vond Lennert, hoorden schildpadden zo te kijken.
Fabelachtige schildpad
Fabelachtige schildpad
Lennert zat in een park op een houten bankje roerloos voor zich uit te staren; alsof iemand hem met een afstandsbediening in de pauzemodus had gezet. Recht voor hem was een vijver met water groen als jade, vol met hartvormige bladeren van bloeiende waterlelies en gele lotusbloemen. Aan de rand zat een vriendelijk lachende schildpad, ongeveer zo groot als een autoband. Lennert knipperde met zijn ogen en schudde zijn hoofd. Een lachende schildpad? Dat had hij nog nooit gezien. Dat kon ook helemaal niet. Schildpadden waren omringd met een aura van treurnis, ze sjouwden ballast met zich mee; ze sleepten zich voort alsof ze de ellende van heel de wereld droegen. Altijd! En dus vond Lennert, hoorden schildpadden ook zo te kijken.

LACHENDE SCHILDPAD
‘Welkom,’ zei de schildpad. Zijn stem klonk zoals hij eruit zag, traag en zwaar.
Lennerts verbijstering tuimelde uit zijn ogen. Nee, dacht hij, onmogelijk. Een schildpad kan niet praten en niet lachen. Andermaal schudde hij zijn hoofd.
‘Aha, een ongelovige,’ zei de schildpad. ‘Is er geen eerbied voor de wonderen der natuur?’
Lennerts ogen flitsten van links naar rechts. Niemand te zien. ‘Schildpadden kunnen niet praten.’
‘Shttt, dit is schone een plek om stil te zijn.’
Lennert stond op, trok de plooi van zijn broek recht en klopte zijn colbertjasje uit. ‘Wie begint er hier nou een gesprek?’ zei hij. Hij hurkte om met een zakdoek zijn zwarte schoenen op te blinken.
‘Mijn naam is Dumont… met wie heb ik het genoegen?’
Lennert zweeg. Hij kwam weer overend, draaide een halve slag op zijn hakken en begon te lopen.
STILTE AAN HET WOORD
STILTE AAN HET WOORD
‘Kom terug, beste vriend, dan luisteren we naar de stilte.’
‘Stilte kun je niet horen, Dumont, stilte is!’
‘Bangerd.’
Lennerts voeten remden in het kiezelpad. Zei hij nou bangerd? Hij draaide zich om en liep terug. ‘Nou moet jij ’s even goed…’
‘Shttt… Dit is een schone plek om stil te zijn.’
‘Ja makkelijk zat, mij het zwijgen aanzeggen. Ik heb geen tijd om stil te zijn.’
‘Dan praten we over dromen,’ zei de schildpad. ‘Neem naast mij plaats, hier, op deze steen.’
‘Dromen zijn bedrog.’
‘Ongelovige toch, zeker nooit van fabels gehoord?’
‘Ik ben ook hier niet om naar fabels te luisteren, ik heb wel iets anders aan mijn hoofd. Terug werken, dat is wat ik moet doen.’
‘Geen mens is zo belangrijk dat hij niet even gemist kan worden.’
Lennerts wenkbrauwen schoten in de fronsstand. ‘Luister Dumont, ik ben een druk man.’ Hij haalde zijn zakdoek weer tevoorschijn, spreidde deze op de steen en ging erop zitten. ‘Als directeur van een groot marketingconcern met twintig filialen door heel Nederland verspreid, heb ik elke dag een volle agenda. Zelfs in het weekend loopt mijn plicht door en van vakanties weet ik niet.’
De schildpad hief zijn rechter voorpoot. ‘Hoe meer tijd gevuld wordt met gewichtigheid, deste sneller draaft het leven voorbij zonder te beseffen wat echt belangrijk is.’
‘Zegt een schildpad. Wat weet jij nou van een haastig leven? Mijn zandloper loopt heus niet ongemerkt leeg, voor mijn toewijding krijg ik veel terug. Deze meneer,’ hij klopte zichzelf op de borst, ‘is schathemeltjerijk, Dumont. Ik ben de bezitter van drie luxe appartementen en rijd een knalrode Ferrari. Heb ik een fabelachtig leven of heb ik dat niet?’
‘Fantastisch. En met wie wordt dat geluk gedeeld?’
Zuchtend haalde Lennert een hand door zijn zwarte krullen. ‘Je kunt niet alles hebben.’
‘Kwestie van prioriteiten stellen, meneer de directeur met rode Ferrari.’
‘Mijn takenlijst is mijn prioriteit. Elke avond voordat ik ga slapen, streep ik drie gedane taken af. De volgende dag, kan ik er zo weer vijf bijschrijven.’
De schildpad zuchtte: ‘Zo wordt die lijst alleen maar langer.’
‘Goed gezien, Dumont, en dan begin jij over de liefde.’
‘Het leven draait om de liefde. Zonde dat die niet in jou agenda past.’
DROMEN
Die opmerking moest Lennert even wegslikken. Hij nam een paar tellen voor zichzelf. Om de aandacht van hem naar de schildpad te verleggen, informeerde hij naar diens dromen. Daarop begon het schild van Dumont te sprankelen gelijk champagne. Zo waarachtig dat Lennert de sprankjes op zijn handen voelde tintelen. Hij vertelde dat hij met zijn lieve echtgenote Serena op weg naar Nepal was om de Mount Everest te beklimmen.
Lennert proestte. ‘De Mount Everest? Dat ga je van je leven toch niet halen.’
‘Als we ons nu en dan op een boot kunnen versteken, dan moet het kunnen, hebben we bedacht. Bovendien, als de voorspellingen van moeder Natuur kloppen, hebben wij nog meer dan honderd jaar in het verschiet.’ Zijn oogjes werden iets groter. ‘Dat kun jij niet zeggen, directeurtje.’
Lennert wendde zijn blik van de schildpad af en vouwden zijn armen in elkaar. Waarom moest die bemoeial nou uitgerekend over de Mount Everest beginnen? Over hun jongensdroom? Die van hem en die van Pieter, zijn twee jaar oudere broer? Als jochies hadden ze er dagelijks over gefantaseerd, na elke klimtraining hadden ze voor de landkaart gestaan. Hè verdorie, de gedachten aan Pieter sneden in zijn hart.
‘Broederliefde is evengoed liefde.’
Lennert schoot overend. ‘Ik heb jou niks verteld over mijn broer.’
De schildpad richtte zich op en maakte aanstalten om te vertrekken.
‘Hé! Waar ga je heen?’
‘Als ik vanavond thuis wil zijn, dan moet ik nu echt gaan lopen. Het vrouwtje wacht.‘
‘Oh. En nu? Einde gesprek?’
“Wat gezegd moest, is gezegd.’
Lennert ging terug zitten op de steen en volgde een tijd lang zonder na te denken het sloffen van Dumont door het gras. Totdat plotseling achter de schildpad de Mount Everest opdoemde. Hij sprong op en pakte zijn telefoon uit zijn broekzak. Even later klonk het: ‘Pieter? Met mij. Zullen we dit weekend samen eten?’
Toen de verbinding weer verbroken was, zag hij hoe Dumont nog een keer over zijn schild achterom keek. Weer dat vriendelijk lachje.
Wat fabelachtig mooi dit, dacht Lennert, de stilte heeft gesproken en ik heb het gehoord.
Dyamos
GERELATEERD
GERELATEERD
GERELATEERD
BIJENDANS
Bij de bijen van Koningin Bijla wordt de bijendans gedanst teneinde honingwintervoorraad aan te [Lees meer]
BIJ DE BIJEN AF
Bij Bijla is de bijennaam, aangenaam kennismaken. Ik ben een koningin der honingbijen. BIJ [Lees meer]
EIEREN VIEREN PASEN
Wanneer de gekleurde, de witte en de bruie eieren elkaar treffen voor een groots [Lees meer]